Vrijwilliger Cees aan het woord
“Taal is heel belangrijk voor mensen én ik vind het ontzettend leuk”
Cees Groeneveld maakte gebruik van een interessante vertrekregeling bij een bank, nadat hij op vakantie in Suriname geveld werd door een mysterieus virus met hersenvliesontsteking tot gevolg. Voorheen werkte hij wel 12 uur tot 14 uur op een dag. Cees: “Vroeger zou ik daar nooit aan gedacht hebben: stoppen met werken… Mijn werk was mijn leven! Maar als zoiets je overkomt, dan ga je wel nadenken over wat het eigenlijk allemaal waard is. Het heeft tijd gekost om terug te schakelen, maar nu ben ik er wel erg blij mee.’’
Bijna een jaar heeft Cees gerevalideerd. En terwijl hij thuis werkte aan zijn herstel, maakte zijn dochter hem attent op een advertentie waarin ze mensen zochten die senioren konden begeleiden met problemen op de PC. “Ik heb een achtergrond in de IT, dus voor mij bekend terrein. Bij de intake bleek dat er ook mensen werden gezocht voor taalbegeleiding. Dat idee sprak mij ook wel aan, want dan merk je direct dat je het ergens voor doet. Taal is heel belangrijk voor mensen en ik vind het ontzettend leuk om te doen. Dus nu doe ik allebei: ik werk voor het Digitaal Spreekuur én ik ben taalcoach.”
Leerzaam
Na de aanmelding wordt er eerst een cursus gevolgd door de potentiële taalcoaches. “We hebben eerst een paar avonden begeleiding gehad van een docente. Dat was echt fantastisch, ik kan echt niet anders zeggen.” Daarna werd Cees gekoppeld aan de Indonesische Olvy. “Alles wat ik zeg tegen Olvy doe ik in Engels en in het Nederlands; de taal is echt een probleem voor haar. Soms is dat zoeken naar de juiste woorden en de goede zinsopbouw. Voor mezelf is het daarom ook wel leerzaam.”
In Indonesië is Olvy gepromoveerd in de microbiologie en ze zocht een baan. “Voor haar werk hoeft ze niet per se Nederlands te spreken”, vertelt Cees. “Ze spreken in die branche allemaal vloeiend Engels. Maar ze heeft een Nederlandse vriend en ze wil met hem graag in het Nederlands communiceren en op de een of andere manier lukt dat niet. Ze vallen snel terug in het Engels. Met mij is de afstand groter en pakken we het op een andere manier aan. Ik laat haar een plaatje zien en dan praten we erover. Vaak lukt het niet, dan leg ik het in het Engels uit. Ja, de taal vindt ze moeilijk, vooral omdat Indonesisch heel makkelijk is. Meervoud is gewoon 2 keer hetzelfde woord zeggen, heel simpel. Grammatica is een struikelblok. Daar studeert ze ook veel op; dan zit ze in de bibliotheek weer over een boek gebogen hard te studeren.”
Niet stil gaan zitten
Onlangs heeft Olvy een baan gevonden bij Sanquin, de bloedbank, in Amsterdam. Cees lacht: “Ook daar is de voertaal Engels… We hadden elke week een meeting van een uur en dat werden meestal 3 uur. Toen alles dichtging wegens Corona zijn we met Zoom gaan communiceren en ze is ook een keer bij mij thuis geweest omdat mijn vrouw het leuk vond om haar te ontmoeten. Nu ze gaat werken dacht ik eigenlijk dat ze geen taalcoaching meer zou willen hebben. Maar ze wil gewoon verder, dus nu hebben we afgesproken om elkaar een keer in de twee weken te treffen.”
Cees fronst een beetje. “Ik ga dus maar aan Herma, de coördinator van de taalcoaching, vragen of ze mij nog aan iemand anders kan koppelen, want ik vind het ontzettend leuk. Wat ik er vooral leuk aan vind is… je wordt weer wat relevanter. Je moet toch wat gaan doen natuurlijk, je kan niet stil gaan zitten!”
Een ingekorte versie van dit interview is verschenen op
woensdag 6 januari in het Nieuwe Stadsblad.